Stelling Grave-Ravenstein
Strijd met en tegen de Maas
De Stelling Grave-Ravenstein was lang de ‘Poortwachter van de Republiek’. De ligging aan de Maas en aan de rand van de onbegaanbare Peel maakte het een uitgelezen plek om de Republiek binnen te vallen. Na 1700 konden vijandelijke legers hier de inundatie van de Zuiderwaterlinie omzeilen. Grave is dan ook noodgedwongen uitgegroeid tot de meest belegerde stelling van het land. Naast Grave kent deze stelling nog twee vestingsteden: Ravenstein en Megen.
De Stelling Grave-Ravenstein vormt een bijzondere schakel in de totale keten van de Zuiderwaterlinie. Met vestingstad Grave als belangrijke laatste schakel, het land rond Oss dat werd gebruikt als inundatiegebied en met twee ‘buitenlandse’ vestingen aan de Maas.
Ambitie
De komende jaren willen we de lopende en toekomstige Maaswerken aangrijpen om de nauwe historische relatie tussen de vestingsteden aan de Maas en de Beerse Overlaat beter beleefbaar te maken. We spelen het grote landschappelijke contrast aan weerszijden van de dijk uit en gaan door met reconstructies en restauraties in en om de vestingen.
De belangrijkste toekomstplannen voor de Stelling Grave-Ravenstein zijn:
De belangrijkste toekomstplannen voor de Stelling Grave-Ravenstein
Zowel Grave als Ravenstein hebben plannen om het verleden terug in het stadsbeeld te brengen. Langs de rivier ligt de herbestemming van de katholieke kloosters en kerken op tafel. Ze vertellen het verhaal van de stelling én van de godsdienststrijd.
Het programma Meanderende Maas is opgezet voor een sterkere oeververdediging. Maar het wordt ook benut om het landschap verder te verbeteren en te ontsluiten. Bij Ravenstein biedt een toekomstige spoorverbetering de kans om het talud dat nu de continuïteit van het landschap doorbreekt te vervangen door een brug.
De grote schaal en de openheid van de binnendijkse Beerse Overlaat helpen om de geschiedenis als inundatiegebied voorstelbaar te maken. Het denken aan agrarische vernieuwing in het gebied biedt dan weer kansen om waardevolle cultuurhistorische elementen landschappelijk uit te lichten. Denk maar aan dwarsdijken of de inlaat in het oosten van de stelling. De openheid van het landschap maakt nieuwe vormen van verblijfsrecreatie mogelijk.
In Grave staat nu al een goed uitgerust bezoekerscentrum als entree voor recreatief bezoek. De Gelderse forten Sint-Andries en Voorne kunnen hier ook bij betrokken worden.